Deze bijdrage verscheen oorspronkelijk op 24 januari 2011 op leefdaal.be.
Vooreerst moet een aantal verklaringen naar het rijk der fabelen worden verwezen. Leefdaal betekent niet:
- De vallei van de Levakken naar een volksstam die door de Romein Julius Caesar ergens in onze streken werd gesitueerd. Meer dan anderhalve eeuw geleden opperde een Brusselse historicus dat de naam Leefdaal misschien met deze volksstam in verband kon worden gebracht. De moderne geschiedkundigen weten wel beter.
- De vallei van de leeuw, waarbij leeuw staat voor heuvel zoals in Sint-Pieters-Leeuw. Niemand gelooft nog deze uitleg.
- Het dal van het leven of het dal waar men woont, volkse verklaringen die op geen enkel wetenschappelijk bewijs steunen.
Leefdaal kan wel betekenen vallei van de Voer of Voervallei. Enige uitleg is hierbij nodig. Daarbij dient de naam gesplitst in zijn delen: Leef en daal.
Het gedeelte daal of dal(e), zoals in oude geschriften veel voorkomt, is duidelijk. Het is een Germaans, zeg maar Nederlands woord, dat een vallei aanduidt.
De betekenis van het gedeelte Leef is moeilijker te achterhalen. Het kan afkomstig zijn van een Keltisch woord. Keltisch is de taal die in onze streken werd gesproken voor onze eigen voorouders, de Germaanse Franken, er binnendrongen. De beek, die men nu Voer noemt, zou in het Keltisch, indien men Prof. S. Mansion, een specialist ter zake mag geloven, Labant of Labent zijn genoemd. Dat betekende iets als de glijdende, de vloeiende of zelfs de voer(ende). De Keltische woorden Labant of Labent kunnen inderdaad in het Germaans afgesleten zijn tot Leef.
De twee delen samen vormen dan: vallei van de Voer of Voervallei.
Prof. A. Carnoy, een bekend plaatsnaamkundige, ging hiermede akkoord, maar koos voor een Keltische vorm Lovanna. Op die wijze legde hij een band met Lovan of Leuven, waar de Voer in de Dijle loopt.
Is de zaak hiermee definitief opgelost? Misschien niet, maar ‘Voervallei’ is op dit ogenblik het meest waarschijnlijke antwoord op de vraag die hierboven is gesteld.
(Willy Brumagne, 1932-2013)
Pingback: Een korte geschiedenis van Leefdaal | Erfgoedkamer